We weten het, Yerseke is het centrum van de mossel- en oestercultuur. Dagelijks worden scheepsladingen vol met mosselen aangevoerd in de haven van Yerseke. Normaal wil zo'n mossel geen klep open doen, maar geen nood, dat werd aan de dis dan wel volledig gecompenseerd door de ongeremde levendigheid van de CGPA-ers. Het zal wel dat de sturende hand van de voorzitter er niet was.
Op deze zonovergoten dag, de dertiende oktober, stonden er 71 leden te trappelen van ongeduld, om te vertrekken naar hét mosseldorp bij uitstek, namelijk Yerseke. Om de meute wat rustig te houden, werden eerst de kelen gespoeld met koffie en thee en, om de suikerspiegel wat op te krikken, een petit foure. Alras klonk het fluitsignaal voor vertrek en werd vertrokken richting Yerseke.
Aangekomen in het mosselhuis, werden de tafels en stoelen fluks gevuld en werd volongeduld richting de keukendeur gekeken, van waaruit de geurige dampen van de gekookte mosselen ons tegemoet zweefden. (af en toe werd ook de geur bemerkt van een 12- tal gebakken biefstukken, waarvan akte ). Om het leed wat te verzachten, werden de tafeltjes vlot voorzien van alcoholische en non-alcoholische vloeistoffen, wat de stemming in de zaal snel op een zeer luidruchtig peil bracht. Onze voorzitter kan het weten, hij werd middels GSM op de hoogte gehouden van de spontaniteit van de leden, daar hij verbleef op het Voorzittersoverleg in de Luchtmachttoren te Breda. Jammer Henk, van de droge boterham met omgekrulde kaas eerlijk is eerlijk, hebben wel even, maar dan ook hééél even aan je gedacht.
Niet lang daarna werden de mosselen en de biefstukken uitgeserveerd, die gretig naar binnen werden gewerkt. De glaasjes op tafel, hebben geen moment een saai leven gehad, leeg, werden ze gelijk weer bijgevuld met het welbekende vocht. Na dik 2 1/2 uur tafelen, werd onder genot van een bakje koffie of thee afscheid genomen van het mosselhuis de Schelde.
Zij als laatste vermeld, dat de terugreis toch in een rustiger atmosfeer werd afgelegd dan de heenreis, en dat hier en daar een licht gebrom (of was het een licht gesnurk), opsteeg uit menig busstoeltje.